14 Congo DRC

10 april – 22 april 2007
Angola visum battle

Heksenketel Kinshasa

Het is al aan het eind van de middag als we via een zeer smalle helling weer vaste wal onder de wielen hebben. Het was een gedrang van jewelste en er is helaas weer een spiegel gesneuveld omdat een groepje mannen met wel iets zo ongelooflijk zwaars op hun nek hun evenwicht verloor en de spiegel er domweg afliepen. Niet dat je dan kan verwachten dat je een nieuwe spiegel zou krijgen of zo. Nee, ze rapen de scherven op en geven die terug alsof je die verloren bent, misschien kan je het nog gebruiken?

Kees heeft er flink de balen in, we vertrokken uit Nederland met vijf spiegels en het assortiment heeft zich nu al beperkt tot twee spiegels waarvan 1 een rare bolle.

Op zich is zo’n overtochtje met de pont een belevenis op zich, het is een grote handel in mooie gedrukte lappen stof, groenten en fruit en het lijkt alsof er aan de overkant een groot tekort aan wc-papier is! Met een paar honderd rollen samen is het in grote balen verpakt die bijna niet meer te hanteren zijn. Waarschijnlijk moet je voor de pont per item betalen en maken ze die dus zo groot mogelijk.

Eenmaal aan de vaste wal komt het hele gedoe weer van paspoorten en het carnet stempelen en we zijn blij als we het haventerrein weer afrijden. We rijden Kinshasa in, een stad met ruim vijf miljoen inwoners.

Visum voor Angola

We gaan eerst langs de Angolese ambassade en hoewel hij dicht is krijgen we wel iemand te spreken die weet te vertellen dat we bij de Nederlandse ambassade een verklaring moeten halen? We slapen in Kinshasa bij de protestantse missie (Centre Accueil Protestante), niks bijzonders maar wel rustig en veilig.

De volgende morgen begint onze (werk-) dag bij de Nederlandse ambassade waar we een verklaring kopen dat we toeristen zijn op doorreis naar Namibië. Veel stempels en handtekeningen maken de brief compleet en trots gaan we naar de Angolese ambassade. Kees zit uren te wachten omdat de formulieren blijkbaar op zijn. Niet dat iemand het nu in zijn intelligente hoofd haalt om die dan te kopiëren!! Aan het einde van de middag krijgt Kees toch de papieren en het verzoek om alle pagina’s van ons paspoort te kopiëren! In plaats dat ze dat nou ‘s ochtends gezegd hadden! Afijn, ons wereld apparaat uit de kast gehaald en kopiëren maar. Of Kees even een brief wilde schrijven waarom wij zonodig naar Angola willen …. Oja, en morgen zijn wij gesloten, kom vrijdag maar terug! Nou daar sta je dan, eigenlijk wilden we zo snel mogelijk naar Angola doorreizen, het was de laatste weken onrustig geweest in Kinshasa met honderden doden en wij hadden besloten daar niet bij te willen zitten. Maar OK, dan even geduld.

Chutes de Lukaya

De Nederlandse consul had gezegd dat we de Bonobo aapjes gezien moesten hebben, deze zouden alleen hier nog voorkomen, dus wij naar die apen. Ik kan niet anders zeggen dan dat het een wereldplek is. We hadden het slechter kunnen treffen. Bij de Chutes de Lukaya, een waterval zo’n dertig kolometer buiten Kinshasa op de weg naar Matadi,  is een opvang/reservaat voor Bonobo’s, kleine chimpansee-achtige mensaapjes die alleen in Congo DRC voorkomen, erg intelligent zijn en gewoon een erg hoog knuffelgehalte hebben. Het reservaat is opgericht door een Belgische vrouw en er wordt door een aantal Europeanen onderzoek gedaan. Wij stonden onder de palmbomen geparkeerd, grote potten (75cl) Primus bier binnen handbereik… niks mis mee dus!

Nogmaals Angola visum ellende

Donderdagmiddag zijn we weer naar de protestantse missie in Kinshasa teruggereden zodat we vrijdagochtend vroeg weer bij de ambassade zouden kunnen zijn. Dat deden we dan ook, bleek de meneer die de e-mail kan lezen er niet te zijn, of we even wilden wachten…..uren later komt Kees weer in de truck en vraagt of ik er niet een poosje wil gaan zitten wachten. Gewapend met een boek verlaat ik de truck om het dan ook maar eens te proberen… Vraagt de meneer achter het loket of ik mijn telefoon in wil leveren, nou die heb ik niet dus kan ik hem ook niet inleveren. OK waar ik slaap? In de truck meneer! Wij hebben een vrachtwagen en daar wonen wij in. De man begint ondertussen ook een gezellig gesprek te houden met twee andere dames die achter mij in de rij staan.Vraagt dan opeens naar het adres waar wij vannacht gaan slapen, tja dat weet ik niet meneer dat hangt van de ambassade af. (We willen tenslotte zo snel mogelijk vertrekken en dan staan we ergens in de richting van Angola). Zegt die man in welke straat is dat. Nou we staan nu hier in de straat, dus dat is nu ons adres, misschien kunt u het adres van de Ambassade opschrijven. Nou dat deed hij dus niet begon hij over mijn naam, zal ik het misschien voor u opschrijven, tja en zo ging het even door. Wilde hij tenslotte dat ik hem iets gaf als ruil voor een Visitors Card. Ik had niets bij me, behalve mijn boek en dat griste hij dus uit mijn handen, en ik greep het weer terug, want ik moest misschien nog wel uren wachten! Het enige wat ik niet nodig had waren mijn schoenen en zonder schoenen zou ik niet zomaar weglopen… Meneer ik kan u mijn schoenen geven….maar meneer was in gesprek met die veel interessantere dames die achter mij een beetje met hun kont stonden te draaien. Ik deed mijn schoenen dus maar uit, maar die wilde hij niet aanpakken en toen heb ik ze maar op het bureau gezet. Voor mij duurde dit allemaal veel te lang!! Ik wilde gewoon naar binnen. Maar ik werd er helaas uit gezet. Een andere meneer kwam nog even melden dat ik die meneer zwaar beledigd had, dat ik de ambassade en het hele Angolese volk had beledigd en de gehele zwarte bevolking van de wereld had gediscrimineerd!!!

Tja, en dan loop je weer terug naar de truck en probeer je Kees te overtuigen dat hij beter dit soort dingen kan regelen…. We proberen nog onze excuses aan te bieden, Kees probeert het nog met wat geld, maar vrijdag kwamen we er niet meer in. We konden maandag misschien terugkomen! Wij weer terug naar de Bonobo apen. Gelukkig een beetje bijgekomen, lekker uit eten geweest, de lekkerste kip van heel Afrika gegeten!! Maandag weer naar de ambassade gereden, dit keer pas om 10 uur gegaan omdat ze daar gewoon niet eerder beginnen. Kees naar het loket… kom morgen maar weer terug, het gaat vandaag niet lukken. Ondertussen de Nederlandse ambassade aan het werk gezet om uit te kunnen vinden of we niet gewoon aan de grens een transit visum kunnen krijgen.. nee dus er zit eigenlijk niets anders op dan geduldig wachten. Dinsdag en woensdag weer naar de ambassade geweest, hadden ze weer geen informatie, het probleem lijkt een goedkeuring te zijn die ze uit Luanda moeten ontvangen maar wij vermoeden dat ze ons gewoon dwarszitten vanwege het incidentje vorige week. … we werden er knettergek van dat wachten. Het is helemaal niet erg als je weet dat je ergens twee weken op moet wachten maar je weet nu gewoon niet waar je aan toe bent. Op donderdag is de ambassade dicht dus gaan we maar weer terug naar de Bonobo aapjes. De kinderen vinden het helemaal niet erg. Ze vinden het super bij de aapjes en ze spelen soms met de kinderen van de eigenaresse van het restaurantje. Zij is een Congolese/Libanese uit Kisangani waarmee wij leuk contact hebben. We mogen hier gratis staan, maar adviseren haar wat toiletten en douches aan te leggen en er dan hier een eenvoudige overlanders-camping van te maken. In de weekeinden is het een beetje druk en lawaaiig maar door de weeks sta je hier heerlijk, in ieder geval veel beter dan in de stad.

 

We krijgen een visum voor Angola!

Vrijdagmorgen gaan we maar weer eens naar de Angolese ambassade. Inmiddels kennen wij de dertig kilometer lange weg uit ons hoofd, alle politiepostjes kennen ons ook en zwaaien ons vriendelijk door. Op de ambassade aangekomen worden we niets wijzer. Er is nog steeds geen toestemming uit Luanda. Maar misschien moet ik (Kees) maar eens met die andere mijnheer gaan praten. Die is echter nog uren bezig met de tientallen andere wachtenden in de ambassade en ik ga ook maar weer wachten. Als uiteindelijk om één uur ’s-middags bijna iedereen is vertrokken krijg ik wat hoop. De betreffende man zegt dat hij ons ‘probleem’ met de consul wil bespreken.  Die blijkt echter net weg te zijn voor de lunch, maar gelukkig komt de consul nog even terug om iets op te halen. Anders waren we weer een week verder geweest. Het is blijkbaar goed want ik mag de paspoorten inleveren en 35 dollar per visum betalen. Intussen glip ik even naar buiten om wat te eten en te drinken en Jacobine het goede nieuws te vertellen. Uiteindelijk krijgen we om drie uur onze paspoorten terug, weliswaar met een visum voor maar vijf dagen, maar dat kan ons niets schelen. We kunnen door!!  Opgelucht gaan we naar de markt om inkopen te doen, we tanken Kasa vol en rijden vervolgens terug naar de Chutes de Lukaya om daar nog één nachtje te slapen.

We komen weer in beweging

De volgende ochtend nemen we afscheid en vertrekken eindelijk uit Kinshasa. In totaal hebben we ruim twee weken stilgestaan in Brazzaville en Kinshasa en dan is het heerlijk om weer te gaan rijden. De weg is goed, het landschap fantastisch mooi,  af en toe een regenbuitje, maar wij klagen niet meer. Aan het eind van de middag bereiken we Matadi, de verste per zeeschip bereikbare haven aan de Kongo rivier. We vinden een parkeerplaatsje bij de Convent Soeurs de la Charite, de nonnetjes van Matadi. Het is vandaag Jacobine haar verjaardag en we vieren dat met een laatste Primus op een terrasje. De volgende dag staan we vroeg op, besteden onze laatste Congolese geld op de markt aan fruit, groente en brood en vertrekken naar de grens die maar een paar kilometer buiten Matadi is.

Resume

We hebben behalve de Bonobo-apen en de ambassade van Angola niet zo heel veel gezien van dit enorme land maar hebben er wel vele interessante mensen uit Kinshasa en andere delen van het land ontmoet en gesproken. Het is het zoveelste land waar we door heen reizen waar geworsteld wordt met het koloniale verleden, een totaal mislukte ontwikkeling van het land door tientallen jaren van dictatuur en ellendige burgeroorlogen. Toch zijn ook hier veel mensen optimistisch. Het land is in potentie enorm rijk, dat weet iedereen, maar de vraag is natuurlijk wie er gaan profiteren van die rijkdommen.

 

206